Bestuursvoorzitter Depla zag er op toe dat ‘bedrijf OMWB’ bleef draaien
Paul Depla is burgemeester van de gemeente Breda en vervult sinds 2015 het voorzitterschap van zowel het Dagelijks als het Algemeen Bestuur van de OMWB. Hij zag hoe de OMWB zich steeds verder professionaliseerde. Ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan blikt hij terug.
“Toen ik in oktober 2015 toetrad tot het dagelijks bestuur moest de omgevingsdienst zijn bestaansrecht nog bewijzen. Het was niet bepaald een liefdesbaby, eerder een verweesd kind”, memoreert Depla. De misstanden in de financiële huishouding droegen niet bij aan het wederzijdse vertrouwen. “De verhouding tussen afnemers en omgevingsdienst moest ‘tot rust’ komen. Samen met andere bestuurders hebben we onszelf verantwoordelijk gesteld voor ‘het bedrijf’ omgevingsdienst. Het ging ons daarbij vooral om kwaliteit maar ook een zekere voorspelbaarheid in de begrotingen. Bij bedrijfsmatige onrust zouden de professionals van de OMWB immers niet in staat zijn om hun werk goed te doen.”
Bedrijf Depla zag zich met andere bestuursleden genoodzaakt om streng toe te zien op het reilen en zeilen van de dienst. “Om die reden hebben we ons binnen het bestuur opgeworpen als soort ‘raad van toezicht’ van het bedrijf. Wij gaan nadrukkelijk niet over politieke keuzes, wel over de keuzes die te maken hebben met hoe je een bedrijf opzet. Natuurlijk zitten er inhoudelijke kanten aan de geleverde diensten, tegelijkertijd zijn we er voor verantwoordelijk dat ‘het bedrijf’ kan blijven draaien. Hoe dan ook, we zien dat deelnemende gemeenten voor steeds meer zaken de OMWB inschakelen. De financiële stabiliteit die we nu hebben bereikt geeft het bestuur meer ruimte om de inhoudelijke opgaven van de deelnemende gemeenten beter te verkennen. Dat is een prettige positie.”
Wisselwerking Depla legt uit dat ze als bestuursleden te allen tijde op twee verschillende niveaus gesprekken moeten kunnen voeren. “Enerzijds zijn we als bestuur aandeelhouders van de dienst, anderzijds zijn diezelfde bestuursleden degenen die de diensten bij een omgevingsdienst afnemen. Dat maakt dat je als bestuur wél geïnteresseerd moet zijn in het werk van de dienst, zonder meteen diep de inhoud in te gaan.” Diezelfde wisselwerking ziet Depla idealiter ook terug op het niveau van de uitvoering. “Ik denk dat collega’s van de OMWB op het gebied van maatschappelijk urgente vraagstukken, een wezenlijk verschil kunnen maken als ze in staat zijn om aan de opdrachtgever duidelijk te maken wat ze van hen nodig hebben om kwalitatief goed de opdracht uit te kunnen voeren. De opdrachtgever heeft bij het formuleren en concretiseren van een opdracht namelijk negen van de tien keer ook weer baat bij extra context die de OMWB weer kan bieden.”
Autonoom en adviserend Hoewel omgevingsdiensten langs verschillende kanten worden aangemoedigd een autonome politiek-onafhankelijke rol te vervullen benadrukt Depla dat daar wel grenzen aan moeten zitten. “De OMWB wordt steeds meer een autonomere kennispartner maar ik denk dat we ervoor moeten waken dat de dienst beleid gaat uitschrijven. Op zo’n moment gaat hij voorbij aan zijn adviserende rol. Daar ligt wat mij betreft wel een duidelijke scheidslijn. Mijn advies zou zijn om als dienst ook oog te hebben voor de andere beleidsmatige belangen binnen de gemeentelijke context.”
Trots Depla kijkt met bewondering en voldoening terug op de afgelopen jaren. “We mogen in ieder geval trots zijn op wat we hebben bereikt. Van destijds een zorgenkind heeft de dienst de transitie gemaakt naar een betrouwbare en gerespecteerde organisatie. Dat kon niet zonder de inzet van al die loyale mensen die iedere dag weer hun diensten leveren en een directie die staat voor kwaliteit en doorontwikkeling. Mijn waardering voor de OMWB is groot. Op naar de volgende tien jaar!”