In de regio: Breda
"Bedrijven weten vaak niet wat ze op het riool lozen"
Eind 2027 moeten de doelen van de KRW (Kaderrichtlijn Water) uit 2000 gehaald zijn. De urgentie voor gemeenten om een extra impuls te geven is groot. Maar de vraag is hoe. Door gemeenten en waterschappen is een checklist gemaakt met concrete maatregelen. Ook organiseert de OMWB samen met gemeenten pilots om tot een efficiënte aanpak te komen. Een voorbeeld is de pilot van de gemeente Breda bij industrieterrein Hazeldonk.
De gemeente Breda zette samen met de OMWB een pilot op om het afvalwater te meten dat bedrijven op industrieterrein Hazeldonk lozen op het riool (zogeheten indirecte lozingen). Normaal gesproken meet het waterschap welke afvalstoffen in het rioolwater zitten. Dat gebeurt tientallen kilometers verderop bij inspectieputten, of pas als het afvalwater bij de regionale waterzuivering aankomt. Zijn er grote hoeveelheden van een bepaalde kwalijke stof aanwezig, dan probeert het waterschap te achterhalen van welk bedrijf de vervuiling afkomstig is en neemt zo nodig maatregelen (waarschuwing, boete of strafrechtelijke vervolging).
De pilot in Breda (in samenspraak met het waterschap) biedt de mogelijkheid om dichter bij de bron te controleren. Zo kun je directer inspelen op ongewenste lozingen. Tot het eind van 2025 neemt de OMWB watermonsters bij een nabijgelegen gemaal, waar al het rioolwater van industrieterrein Hazeldonk langskomt. Verder onderzoeken we drie naburige retentievijvers. De OMWB checkt vooral de aanwezigheid van nurdles (microplastics) en stoffen met prioriteit vanuit de KRW, zoals zware metalen, bestrijdingsmiddelen en medicijnresten.
Bewust maken De voorbereiding en uitwerking van de pilot bij industrieterrein Hazeldonk voerde de OMWB uit met KRW-specialist Bas Hoefeijzers. Hij werkt voor de provincie en Brabantse waterschappen als ‘ambassadeur’ voor de KRW- impuls. Over de pilot in Breda zegt hij: “Als we bij het gemaal vlakbij het industrieterrein kwalijke stoffen in het rioolwater aantreffen, dan kunnen we samen met de OMWB onderzoeken van welke bedrijven deze mogelijk afkomen. Die kun je hierop aanspreken en bewust van maken. Veel bedrijven weten namelijk niet welke stoffen ze lozen. Door met ze in gesprek te gaan valt al veel te bereiken. Mogelijk kunnen ze op bedrijfsniveau werkprocessen aanpassen. Handhaving is iets voor later.”
Bas legt uit dat er regels gelden voor het lozen van afvalwater op het riool. Lang niet altijd is daarvoor een vergunning nodig. “Vooral voor kleinere bedrijven is een aansluittoestemming vaak al genoeg. Ze krijgen dan te maken met de zorgplicht. De lozing mag geen negatief effect hebben op het oppervlaktewater. Gebeurt dat wel en nemen we dat waar, dan zal de OMWB het bedrijf hierop aanspreken.”

Bas Hoefeijzers, KRW-specialist bij Provincie Noord-Brabant.
"De lozing mag geen negatief effect hebben op het oppervlaktewater."

Natasja Cremers, coördinator Omgevingsdienst bij Gemeente Breda.
"Doordat we het nu meten en over een paar jaar weer, kunnen we waarnemen of het meer of minder wordt."
Vanuit België? Natasja Cremers van de gemeente Breda stelt dat de pilot bij Hazeldonk niet voor niks vlak bij de Belgische grens plaatsvindt. “Kwalijke stoffen die we aantreffen kunnen inderdaad van het industrieterrein bij Hazeldonk afkomen, maar ook via België in ons gebied terecht komen. Ook is het de vraag wat er via het water bij ons binnenstroomt vanuit België. Doordat we het nu meten en over een paar jaar weer, kunnen we waarnemen of het meer of minder wordt.” Natasja hoopt dat de pilot succesvol verloopt en voor andere gemeenten aanleiding geeft om soortgelijk gebiedsgericht onderzoek uit te voeren.
Cluster Water De OMWB kent sinds 1 januari het Cluster Water. Binnen dit cluster sorteert de OMWB onder meer aan doelstellingen de KRW. Bijvoorbeeld door samen met de gemeenten pilots te organiseren. Milco Agterberg, coördinator van Cluster Water: “Wij gebruiken die pilots om een uniforme werkwijze te ontwikkelen die we generiek kunnen toepassen. Voor de OMWB is het onbegonnen werk als elke gemeente op eigen houtje een aanpak ontwikkelt voor indirecte lozingen. Het is veel efficiënter om daar regionaal afspraken over te maken. Dit gebeurt door samen te werken in projecten met de ketenpartners, niet alleen de gemeenten en provincie, maar ook waterschapen en bijvoorbeeld Omgevingsdienst NL.”

Milco Agterberg, coördinator cluster Water bij Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant.