[in profiel] Kees Simons
"Ik luister naar mijn groene hart"
“Als ik aan het wandelen ben en zie dat een fazant gifkorrels aan het pikken is op een akker, dan moet ik daar werk van maken. Als de akkers zijn ingezaaid, wil de boer geen muizen op het veld. Soms strooien ze dan gifkorrels. Daar zijn regels voor. Die korrels mogen niet zomaar open en bloot op het veld liggen. Als ik zie dat het toch gebeurt, moet ik dat melden. Ook al ben ik niet aan het werk. Ik heb een groen hart, daar moet ik naar luisteren.” Aan het woord Kees Simons (63). Hij werkt bij de OMWB bij Team West van de Klachtendienst. Hij komt in actie als burgers klachten indienen bij de Klachtencentrale van de OMWB. “Dat kan van alles zijn. Als het ook maar iets met het milieu en de omgeving te maken heeft dan komen wij in actie. Stank, stof, lawaai, incidenten, noem maar op.”
Drugslab Het zijn niet alleen klachten waar Kees en zijn collega’s op afgaan. Ook bij incidenten worden ze opgetrommeld. Kees verwijst als voorbeeld naar een grote brand bij een drugslab onlangs in Wouwse Plantgage. “In een drugslab zijn altijd veel chemicaliën aanwezig. Deze komen vermengd met bluswater in de bodem of het oppervlaktewater terecht. Dat moet gecontroleerd en zonodig ook opgeruimd worden. Dat schoonmaken doen wij niet, maar wij voeren wel de metingen uit of er grenzen worden overschreden waardoor actie nodig is. Dat geldt ook voor verkeersongelukken. Daar gaan wij ook op af, bijvoorbeeld als er dieselolie lekt. Dat registreren en melden wij zodat er actie kan worden ondernomen.” Kees woont op De Bergse Plaat, een woonwijk in Bergen op Zoom. “Het is een opgespoten zandplaat in de Oosterschelde. Je kunt zeggen, waar ik nu woon, ging ik vroeger zwemmen en vissen. Hier was de zee.” Kees heeft de wijk zien ontstaan en hij is ook een van de eerste bewoners. Hij is een groot fan van ‘De Plaat’, zoals de wijk in de volksmond heet. Er is veel groen. “Om de hoek zit hier het Markiezaat; dat is het meest vogelrijke gebied in Nederland. Er zit bijvoorbeeld een kolonie Lepelaars. Ook de flora is bijzonder; er groeien bijvoorbeeld zeldzame orchideeën.”
“Dat kan van alles zijn. Als het ook maar iets met het milieu en de omgeving te maken heeft dan komen wij in actie.”
Excursie Bij de aanbouw van De Plaat, toen het nog een zandvlakte was, heeft Kees er de werkgroep milieu opgezet. “Er zaten hier bijzondere vogels en insecten; dat bracht ik onder de aandacht. Omdat veel nieuwe bewoners van verderaf kwamen, organiseerde ik ook excursies om de mensen kennis te laten maken met de prachtige natuur hier in de omgeving.” Hart voor natuur neemt Kees ook mee naar het werk. “Ik zag onderweg een keer een berg compost waar met de graafmachine een paar happen uit waren gehaald. Hierdoor waren steile kanten ontstaan. Dat is een ideale broedplek voor de oeverzwaluw. Ik zag dat ze er zaten. Dat meld ik dan meteen. Bijvoorbeeld bij mijn groen-collega’s van Team Toezicht LABW (Landelijk, Afval, Bodem en Water). Of bij SSiB, Samen Sterk in Brabant, die toezicht en handhaving in het buitengebied verzorgen.
‘s Nachts eropuit In de corona-tijd was het relatief rustig voor Kees. “Normaal hebben we veel werk aan de horeca. In het weekend zijn we altijd wel ’s nachts op pad daarvoor. Nu is dat weer helemaal losgegaan maar de horeca is anderhalf jaar dicht geweest. Dat was een luxe, anderhalf jaar veel minder ’s nachts erop uit.” Ook werden in coronatijd woningen en bedrijfsruimten gemeden. Verder belemmerde ook de avondklok een deel van het werk. “We deden ons werk veel meer op afstand. Meer bellen en zo. Dat is nu weer terug naar normaal.” Belletje rinkelen Waar Kees ook is; hij kijkt om zich heen. Dat is een tweede natuur geworden. “Als ik langs een sloot wandel die stinkt, geef ik het door aan het Waterschap. Of als ik in het broedseizoen mensen bomen zie kappen, dan gaat er bij mij een belletje rinkelen. Misschien hebben ze wel een vergunning maar ik zal er altijd even melding van maken. Ik hou van de natuur en het zal ook wel een beetje door m’n werk komen.”